
Ovenfunctie Applicatie
5
Multi hetelucht
(vochtig)
Voor het energiebesparend bakken en garen
van overwegend droge gebaksoorten, maar ook
van ovenschotels in vormen op één rekniveau.
6
Lage tempera-
tuur garen
Voor het bereiden van zeer mager en mals ge-
braden voedsel.
7 Onderwarmte Voor het bakken van taarten met een knapperi-
ge bodem en het goedhouden van de vulling.
8 Ontdooien Voor het ontdooien van diepvriesvoedsel.
9
Warmhouden Om gekookte gerechten warm te houden.
10 Grill Voor het grillen van plat voedsel in het midden
van het rooster. Voor het maken van toast.
11
Grill intens Voor het grillen van plat voedsel in grote hoe-
veelheden. Voor het maken van toast.
12 Circulatiegrill Voor het braden van grotere stukken vlees of
gevogelte met botten op één niveau. Ook om te
gratineren en te bruinen.
13
Boven + on-
derwarmte
Voor het bakken en braden op een ovenniveau.
14 Pizza hete-
lucht
Om gerechten op één niveau te bakken met in-
tensief bruineren en een krokantere korst. Stel
de temperatuur 20 - 40 °C lager in dan voor Bo-
ven + onderwarmte.
15
Multi hetelucht Voor het bakken op maximaal 2 niveaus tegelij-
kertijd en het drogen van voedsel. Stel de tem-
peratuur 20 - 40 °C lager in dan voor Boven +
onderwarmte.
6.2 De ovenfunctie instellen
1.
Schakel het apparaat in met . Het
display geeft de ingestelde tempera-
tuur, het symbool en het nummer van
de ovenfunctie weer.
2.
Raak of aan om een oven-
functie in te stellen.
3.
Raak aan. Anders start het appa-
raat na vijf seconden automatisch.
Als u het apparaat activeert en
geen ovenfunctie of programma
instelt, wordt het apparaat na 20
seconden automatisch uitgescha-
keld.
6.3 Temperatuur wijzigen
Raak / aan om de temperatuur in
stappen van 5 °C te wijzigen.
Wanneer het apparaat de ingestelde tem-
peratuur heeft bereikt, weerklinkt er drie
keer een geluidssignaal en gaat de ver-
warmingsindicatie uit.
NEDERLANDS 11
Comentários a estes Manuais